Arbocatalogus Afvalbranche

Dé arbostandaard voor alle bedrijven in de afvalsector!
Laatst gewijzigd op: 5 juni 2021, 11:19 uur -- Afvalbranche
Goedgekeurd door Inspectie SZW

Ventileren besloten ruimte rioleringsbeheer

Printvriendelijke versieAls e-mail versturenPDF document
Maatregel naar plaats in de Arbeidshygiënische Strategie: 
Bronmaatregelen
Beschrijving van de maatregel 

Bij rioleringsbeheer worden veel activiteiten op locatie uitgevoerd. Daarbij is ventilatie van een besloten ruimte zoals riolering, put en gemaal belangrijk. Voor de ventilatie wordt vaak gebruik gemaakt van een ventilatieslang die verbonden is met een ventilator bovengronds. Het doel van ventilatie bij het werken in een besloten ruimte is om blootstelling aan giftige (toxische), maar ook brandbare en explosieve gassen te voorkomen. Ventilatie helpt om schone lucht in de besloten ruimte te verkrijgen en die is nodig voor een gezonde werkatmosfeer. Na het ventileren van de besloten ruimte is het noodzakelijk om gasmetingen uit te voeren om te zien of de ventilatie voldoende effect heeft gehad. De kwaliteit van de ademlucht wordt gemeten volgens de maatregel meten van gasconcentratie en gas-damp-luchtmengsel.

Voorafgaand en tijdens werkzaamheden in de besloten ruimte wordt natuurlijk en/of geforceerd geventileerd, zelfs als blijkt uit metingen dat de atmosfeer in de ruimte veilig is. Ventileren heeft als doel om de gassen/dampen in de atmosfeer onder de grenswaarden te krijgen en te houden. De betrokken werknemers ventileren in voldoende mate om een veilige en gezonde atmosfeer te realiseren.

Als het uitvallen van geforceerde ventilatie leidt tot (een verwachte) stijging van gassen/dampen in de atmosfeer, verlaten de betreders de besloten ruimte onmiddellijk.

Er zijn twee soorten ventilatoren, te weten

  1. de axiaalventilator, die al dan niet is voorzien van een harmonicaslang, en
  2. de centrifugaalventilator, die altijd van een slang moet zijn voorzien.

Elektrische ventilatoren die in besloten ruimten zijn opgesteld en worden toegepast bij de beluchting van rioleringssystemen zijn explosieveilig en moeten voldoen aan de eisen van het Warenwetbesluit explosieveilig materieel, behalve als is voorafgaand aan het gebruik wordt vastgesteld dat de atmosfeer in de ruimte <10% LEL zit en dit continu wordt gemonitord.

Beoogd effect 

Deze bronmaatregel beheerst van het gevaar van een onvoldoende veilige en gezonde atmosfeer tijdens het werken in besloten ruimten.

randomness